Behoefte,
Heb je wel
eens de behoefte gehad, om te zeggen waar het op staat? Ook heb je natuurlijk
wel eens dorst gehad of honger? En, je bent waarschijnlijk ook wel eens dood-moe
geweest en dan verlangde je naar rust? Maar, nu vraag ik mij af, of je wel eens
ooit de behoefte hebt gehad, om te lachen en om iets leuks te zeggen? Stel je
eens iemand voor, die zo’n gewaarwording heeft, maar die niets leuks weet
te zeggen? En, stel je eens voor, je hebt dorst, maar er is niets te drinken?
Je hebt honger, maar er is niets te eten? Nu heb je behoefte om te lachen, maar
je weet niets leuks? Het enige dat erop zit, is om op zoek te gaan, naar iets
drinkbaars, naar iets eetbaars, naar iets lachwekkends. Ik neem aan dat je wel
enige moeite wil doen, om te kunnen lachen.
Ik doe, in
dit schrijven, alleen maar alsof ik niets te lachen zou hebben, want ik heb
altijd wel iets om te lachen. Jij kan mijn humor niet verdragen, omdat ik lijk
te lachen, om jou Ontlichaamde Taal (OT), maar er valt over jou OT niet te
lachen, zolang jij die nog niet, net als ik, achter je heb gelaten. Als je echt
zo graag zou willen lachen – wat dus helemaal niet zo is – dan maak je eens contact
met mij en dan heb je Belichaamde Taal (BT) samen met mij. Mijn skype naam is
limbicease en het is gratis en vrijblijvend.
Jij wil om
een ander lachen, maar niet om jezelf. Jou valse, harde schatter-lach is jou bewapening,
maar mijn echte, aanstekelijke lach is ontwapenend. Er zit voor jou niets
anders op, dan om op te houden met lachen om anderen – en, in dit geval, om mij
– en om eens om jezelf te gaan lachen, door hardop met jezelf te gaan praten,
over wat er allemaal met jou aan de hand is. Waarschijnlijk krijg je tranen van
het lachen, maar ook tranen van verdriet en ontroering, omdat je, vanwege je intelligente
verlangen, geheel tot jezelf bent gekomen, met – je eigen taal – jou BT.
De taal van
het heerlijke onbezonnen lachen, jou BT, heeft nog niet eerder bewust plaats
gevonden en je zult wat vaker heen en weer moeten gaan – tussen je eigen OT en
je eigen BT – alvorens je begint toe te geven aan en kunt genieten van de humor
van je BT. Aanvankelijk lijkt het allemaal heel serieus, omdat het natuurlijk
een hele pijnlijke, nare zaak is, dat je, onbewust, met je OT, altijd je taal
tegen jezelf hebt gebruikt, maar zodra jij begint door te krijgen, dat jij het
tij kan keren, door naar jezelf te luisteren en dus door daadwerkelijk leuke
dingen tegen jezelf te zeggen, dan ga je steeds vaker lachen. Het is heerlijk
om met BT vrij-uit te spreken en om te lachen om jezelf, om je problemen, om je
eigenaardigheden en om de reden, waarom je tegen van alles en nog wat bent, wat
jou ervan weerhoudt, om gelukkig te zijn.
Wanneer jij
het eindelijk zegt, dan heb je, zogezegd, je ei gelegd. Met OT kun je echter je
ei niet kwijt en blijf je dus zitten op je shit. Het is ook weer niet zo, dat
je met BT al je negativiteit er klakkeloos uitgooit, want dat verandert niets
aan jezelf. Met BT beschrijf je op een duidelijkere en meer lachwekkende wijze,
hoe je met jezelf in gevecht bent gebleven, omdat je zo bijgelovig was, dat je in het denken
geloofde en dat er woorden en zinnen binnenin je zouden zitten.
Er zit geen
taal in je hoofd – boem – en dus is al je gezijk over jou denken flauwe kul,
want je denkt helemaal nooit iets en je hebt nooit iets gedacht. Ja, je zegt
wel eens wat, je hoort en je leest van alles en misschien schrijf je wel eens wat,
over wat anderen hebben gezegd of geschreven, maar je schrijft nooit met
jezelf, voor jezelf en over jezelf en je praat nooit met jezelf, om te kunnen
lachen, om jezelf. Je lacht niet om jezelf, omdat dat niet mag, van jezelf en
je gaat pas lachen, om jezelf, als je volhoudt, dat je wel mag lachen, om
jezelf. Als je dit maar vaak genoeg aan jezelf zegt, dan kom je aan de weet,
dat jij jezelf inderdaad toestemming kunt geven, om te praten met jezelf, om te
lachen om jezelf, maar ook, dat je eigenlijk heel erg moet lachen om jezelf,
omdat jij jezelf echt veel leuker vindt, dan iedere comediant.
Luidruchtige,
snel-pratende, vloekende grappen makers vertellen altijd een of ander
verhaaltje, met een zogenaamde conclusie – de kloe – waar jij dan om moet lachen.
Let wel, het is echt de bedoeling dat jij lacht. Je moet dus lachen, anders
staat de humorist voor schut. Als jij niet lacht, dan is dat een afgang, maar als het lukt, om jou lachen te
forceren en te provoceren, dan is het zogenaamd heel leuk.
Wanneer je
BT hebt en om jezelf lacht, dan lach je om je eigen taal, om wat jij tegen
jezelf zegt, om wat je jezelf hoort zeggen, als jij plezier hebt in je eigen
taal. Anders gezegd, jou taal is de grap en de kloe. In de gebruikelijke, eenzijdige
lachen-op-bevel humor van OT, doet de kloe er eigenlijk niet eens toe, want de komiekeling
gaat altijd aan de haal met jou taal. Bovendien is hij of zij altijd zogenaamd
leuker dan jij, daarom luister jij naar hem of haar en niet naar jezelf. Hij of
zij is er wel degelijk bij gebaat, om jou klein te houden en de mond te snoeren,
zodat hij of zij het hoogste woord kan blijven voeren. Met andere woorden, de
humor, waaraan jij gewend was, heeft altijd te maken met de dood-vervelende competitie
van wie er zogenaamd het leukste is. Als jij om jezelf lacht, dan is er geen
concurrentie meer.
Je behoefte om
om jezelf te kunnen lachen, is net als je behoefte aan veiligheid, stabiliteit
en rust, een kwestie van eraan toekomen vanwege jou taal. Met OT loop je alles
wat aangenaam en lachwekkend is mis, omdat je nooit de tijd neemt, om het aan
jezelf te zeggen. Niemand kan jou zeggen, wat alleen jij tegen jezelf kunt
zeggen en niemand kan jou aan het lachen brengen, zoals alleen jij dat zelf kan.
Jij hebt duidelijk behoeftes, die alleen door jou vervuld kunnen worden, maar OT
voorziet in geen enkele van jou behoeftes. Jou behoefte aan humor toont aan,
dat de meeste van jou onvervulde behoeftes zinloos zijn en jou echte behoeftes in de weg staan.