Bepaalde dingen,
Nadat wij eindelijk
het gigantische verschil zijn gaan herkennen en erkennen tussen onze eigen Ontlichaamde
Taal (OT) en onze Belichaamde Taal (BT), beginnen ons bepaalde dingen op te
vallen, die wij niet konden waarnemen, toen wij dit onderscheid nog niet konden
maken. Je zou kunnen zeggen, dat sommige handelingen meer in de richting van OT
of van BT zijn en naarmate wij bekendheid krijgen met het enorme belang, van het
kunnen stoppen van OT en het kunnen voortgaan met onze BT, dan wordt het kristal
helder, dat OT en BT twee totaal verschillende wijzes van ons gedrag vertegenwoordigen.
Wanneer ik
alsnog in het Nederlands spreek of schrijf – ofschoon ik sinds 1999 in de
Verenigde Staten woon en nooit meer naar Nederland ben teruggeweest – dan vallen
mij bepaalde dingen op, die ogenschijnlijk niet terzake doen in het Engels, want
ik heb Amerikanen daar nog nooit over horen spreken of schrijven. Omdat ik ook
een Amerikaan ben, komt daar nu verandering in, want ik spreek en schrijf daar
wel over. Zo is het simpele feit, dat ik aandacht heb voor mijn taal, als
zodanig – nog even helemaal los van of we nou wel of niet naar onszelf luisteren
en of we nou BT of OT hebben – iets waarin over het algemeen geen publieke
interesse is. Ofschoon men hetzelfde over Nederlanders zou kunnen zeggen, toch
is er in Nederland al een cultuur, waardoor bepaalde dingen – zoals hoe er
wordt omgegaan met taal – meer bespreekbaar zijn.
In Nederland,
zo schijnt het mij toe, is grotere nationale aandacht voor het belang van taal
en de daarmee samenhangende humor, terwijl in Amerika humor eigenlijk
nauwelijks iets met de verfijning van taal, maar met de chaos van taal te maken
heeft. Ik weet wel, dat die traditie in NL is wat afgezwakt en verloren is
gegaan, maar toch is er, onder het volk, nog steeds een verlangen naar de
verering, met aandacht, van nuchtere, erudiete sprekers, die een uitgebreid
vocabulare en een gevoel voor humor hebben.
Nergens komt
het grote belang van taal zo naar de voorgrond als in de politiek en dit blijkt
uit wie de kiezer kiest als volksvertegenwoordiger. Uiteraard is het wenselijk –
zoniet onontbeerlijk – dat de meest welbespraakte spreker het voor het zeggen
zou moeten kunnen hebben, maar dat zal enkel het geval zijn, inzoverre het volk
die kwaliteit in ere houdt, middels verkiezingen. Zo is het dat nu Geert
Wilders in plaats Mark Rutte aan het woord is. Het verschil tussen die twee, is
dat Rutte geen ene moer geeft om de Nederlandse soeverniteit en dat Wilders juist
de normen en waarden van de Nederlandse cultuur en, daardoor, de grenzen centraal
stelt.
Rutte’s afgrijzelijke
premier-schap had natuurlijk geen ene moer te maken met vaderlands-liefde en was
slechts een carriere-stap naar Brussel, terwijl Wilders haarscherp aangeeft wat
een landverrader die arrogante Rutte dus eigenlijk is. Ook heeft Rutte
natuurlijk gedurende al die jaren dat hij de meest bepalende factor was, de autochtone
burger onder de bus gegooid, door hen voortdurend voor te houden, dat het goed
voor hen zou zijn, om te doen wat hij zei. Nu is het wel duidelijk geworden,
dat hij Nederland heeft belazerd. Vanwege het effect van een of andere leider, zit
ieder volk met de gebakken peren, vooral bij een ogenschijnlijke begaafde
spreker, die kan liegen, dat het gedrukt staat.
Wat alleen hen
opvalt, die het verschil zijn gaan kennen tussen OT en BT, is dat het in staat
zijn, om te kunnen spreken over de realiteit, die waar is voor iedereen, alleen
mogelijk is als wij naar onszelf luisteren. Het is echter nog nooit zo ver
gekomen, dat wij samen in staat waren om het gesprek te kunnen hebben, waarin
wij onszelf en elkaar stimuleerden, om naar onszelf te blijven luisteren. Op
dit moment, is dit nog steeds slechts toekomst muziek, maar het blijkt wel, dat
er iets helemaal mis blijft gaan, met het luisteren naar naar elkaar, wat
samenhangt met of we wel of niet naar onszelf luisteren. Voor zover wij naar onszelf
luisteren – of zoals wij dat in OT gewend zijn te zeggen, in contact zijn met
ons gevoel – zijn wij in staat, om wat anderen zeggen serieus te nemen, maar
indien wij ons specifiek zouden gaan bezighouden, met het luisteren naar
onszelf (i.p.v. naar elkaar), dan zal blijken, dat het luisteren naar elkaar
eigenlijk nooit het probleem was, want alle problemen kwamen altijd, onomstotelijk,
voort uit het feit, dat wij in onze gebruikelijk wijze van spreken – die dus OT
is – nooit echt naar onszelf luisteren.
Gedurende de
op-angst-gebaseerde deelname aan OT, luisteren wij dus niet naar onszelf – ik
herhaal het voor de duidelijkheid nog weer eens een keertje! – en zeggen wij steevast ook bepaalde
dingen, die wij nooit zouden zeggen, als wij naar onszelf zouden luisteren. Vanwege
OT zeggen wij bepaalde dingen, die anderen voortdurend dwingen, om alleen op die
wijze te spreken, zoals wij vinden dat ze zouden moeten spreken. Wij zijn
zogezegd, in OT, als spreker, de luisteraar aan het domineren en wij zijn daarom
eigenlijk helemaal niet in gesprek, maar
de baas aan het spelen. Dit alles is pure aggressie. Ook al wordt er over en
weer gesproken, zoals in het zogenaamde debat, tussen de twee kandidaten.
Voor iemand
die heeft kennis genomen van het verschil tussen OT en BT, is het overduidelijk,
dat Donald Trump, gisteren, voortdurend werd aangevallen door Kamala Harris,
maar ook door de twee zogenaamde moderators. Ofschoon Trump natuurlijk wel delelijk
z’n mannetje stond, het is vanuit het oogpunt van eerlijkheid volslagen
doortrapt, hoe er met deze drie figuren tegen hem werd samen gespannen. Als ik
Trump zou zijn geweest, had ik nooit Harris hand geschud. Ik zou meteen hebben
gezegd: nee, dat gaan wij niet doen dame, wij zijn hier, om orde op zaken te stellen.
Zij stak haar hand naar hem uit alsof ze hem een dolkstoot gaf en Donald, had
haar gewoon moeten weigeren. Ik zou haar van meet af aan hebben laten weten,
dat deze presidentiele pretentie niet hetgene is waar het om gaat, maar dat het
gaat om wie – ook al is het vanuit OT – de waarheid spreekt. Ik zou direct hebben
benoemd, hoe deze drie gemenerikken zich
misdroegen met hun taal.
Wanneer ik
met mijn OT tegen de OT inga van anderen – iets wat ik heel vaak heb gedaan,
maar wat mij nooit goed is bevallen – dan deed ik dat, ter verdediging van mijzelf,
met krachtige stem-verheffing, die die drie lafbekken dan nog meer zou aansporen, om mij te betichten, dat
ik mij misdroeg, dat ik kwaad zou zijn, dat ik de slechterik ben, omdat ik de
waarheid spreek over hun leugens en mij daarover schuldig zou moeten voelen, omdat
zij, vanuit overmacht, lekker kunnen blijven doen, alsof hen niets is te
verwijten. Wat ik beschrijf, heb ik vanwege mijn kennis over OT en BT heel vaak
meegemaakt en ik kan mij goed in Trump’s schoenen plaatsen.
Ook mij werd
overal – net als Trump – de mond gesnoerd, maar toch hebben die heftige OT-OT confrontaties
tot gevolg gehad, dat ik, ondanks dat, en, waarschijnlijk, juist daardoor, met mijn
OT ben opgehouden en dus met BT verder ben kunnen gaan. Natuurlijk ben ik geen
politicus. Er is – sinds die moordaanslag – een ander, een milder, geluid in
Trump te horen en hij is niet meer zo vecht-lustig als voorheen. Trump is een
show-man, maar hij is ook een mens. Harris is medogenloos. Ze weet dat Trump gewond
is en ze doet alles om hem nog meer te kwetsen. Het is walgelijk, maar zo werkt
OT nou eenmaal. Het is een vervelend, oud en achterhaald gebeuren. Schijnbaar
ben ik de enige, die in staat is, om het op deze wijze te beschrijven. OT is
onze gebruikelijke wijze van praten, waarin wij met elkaar strijden, om wie het
voor het zeggen heeft, wie er aan de macht komt. Omdat ik met BT ben verder
gegaan, is mijn OT afgenomen en is mijn dorst naar macht verdwenen… (Ik lees deze tekst: You Tube maximuspeperkamp-hw8sw)