Toegeven,
Natuurlijk
wil je niet met mij praten en toegeven, dat er een gigantisch groot verschil
bestaat tussen Belichaamde Taal (BT) en Ontlichaamde Taal (OT), want je voelt
je in je hemd gezet, omdat dat jou OT zou aantonen. Eigenlijk schaam je je dood,
dat je dus altijd onbewust met je armoedige, domme OT bent bezig gebleven. BT
is zoiets voor de hand liggends en toch ben je het helemaal misgelopen.
Als je deze
woorden leest, voel je onwillekeurig een sensatie van onvrede, belediging en
vernedering, aangezien je ergens heus wel weet, dat het precies zo zit, zoals
ik het zeg. Je wordt door mij betrapt op de waanzin, die ik OT noem, maar die jij
als normaal bent blijven beschouwen. Je bent nooit toegekomen aan BT, omdat je
niet wil toegeven, dat je onwetend bent over je taal. Je voelt je bedrogen, ook
al weet je donders goed, dat ik niets te maken heb, met de leugens, waarmee je,
eerst door anderen en daarna, door jezelf werd opgezadeld. Ja, je zou mij ervan
willen beschuldigen, dat ik jou BT zou tegenhouden.
Je kunt maar
niet over je schroom heenkomen, om eens eindelijk de deur van je BT helemaal
open te gooien, door eens met mij te praten. Ik weet het, het is een hele stap,
want er is geen weg terug, als je eenmaal met mij praat. Wanneer je doorgaat
met BT, is afgelopen met je OT en je weet, dat ik doorga met BT, ook al heb jij
je zogenaamde bedenkingen.
Alles wat je
opwerpt, als reden, om maar niet met mij te praten, om mij niet op te bellen, om
mij niet te ontmoeten tijdens een skype-gesprek (mijn skype naam is limbicease),
is een bewijs van het feit, dat je ervoor kiest, om met OT verder te gaan. Belachelijk,
dat je – na al die jaren, dat je hebt geleeft en hebt ervaren, hoe
problematisch je gebruikelijke omgang met taal is – nog steeds niet kan
toegeven, dat je, voor jezelf, de illusie hebt gecreeerd, dat je al BT zou
hebben. Je hebt misschien wel een heel klein beetje BT gehad, maar je bent er
nooit mee doorgegaan, want je wist eenvoudigweg niet hoe dat werkt.
Het toegeven
van je onwetendheid is een mengeling van misplaatste trots, gekwetsheid en verbetenheid.
Is het echt waar, dat jezelf zijn niet voor jou zou zijn weggelegd? Met mij praten maakt jou niet tot
mijn volgeling en toch blijf je zo’n gevoel houden, zolang jij je nog niet op
je taal hebt toegelegd en jou taal hebt toegeeigend. Je zegt dan misschien wel
zoiets vaags van, dat je je eigen ding wilt doen of dat je je eigen weg wil
gaan – en dus absoluut niet mijn ding of mijn weg – maar wat is jou ding of jou
weg dan, als je het niet eens kan zeggen of schrijven met BT?
Hoe je het
ook wendt of keert, je hebt geen flauw benul van wat echt bij jou past – en wat
daarom van jou is – omdat je nog nooit bent opgehouden met je automatische
deelname aan OT. Jou absurde geloof in het gaan van je eigen weg, is een
idee-fixe, omdat je speciaal wilt zijn. Het maakt jou niet anders dan anderen,
dat je weet je, dat er maar een iemand is zoals jij, maar het zou wel een groot
verschil maken, als jou omgang met taal dat echt zou weergeven. Als jij verantwoordelijkheid
neemt, om met BT verder te gaan, kan het niet anders, dan dat je weet, erkent
en volledig accepteerd, dat iedereen, ongemerkt, in OT is blijven hangen. Als jij
BT hebt, dan ben je altijd nieuw in je taal, maar dat is nog niet zo. Ook al zeg
je dat je nieuw wilt zijn, daarom ben je het nog niet.
Wanneer geef
je nou eens eindelijk toe, dat er een groot verschil is tussen iets willen en het
doen wat je te doen staat, om te bewerkstelligen wat je wil? Je hebt zovaak van
alles gewild, maar je bent het toch telkens weer vergeten. Net als iedereen,
blijf je doen alsof het er uiteindelijk wel van gaat komen, maar in werkelijkheid,
blijf je het uitstellen en er is al zoveel tijd heengegaan met allerlei
leugens.
Er doet
zich, tijdens het lezen van mijn woorden, ook een gewaarwording voor, dat jij jezelf
hebt tegengehouden, om met BT verder te gaan, omdat je met OT bleef doorgaan. Het
is enorm onprettig omdat aan anderen toe te geven, want het is een overduidelijk
teken, dat jij, wat jezelf betrefd, de plank faliekant hebt misgeslagen. Je
wilt dus naar anderen doen voorkomen, alsof jij wel weet, hoe het zit, maar
naar jezelf weet je desalniettemin, dat dit niet waar is. Het aan jezelf
toegeven, dat dit zo is, volstaat niet om BT met mij te hebben, want om met mij
– of met wie dan ook – BT te hebben, zal je in staat moeten zijn en blijven, om,
wat je aan jezelf hebt toegegeven, ook aan anderen toe te geven, dat je dus,
keer op keer jezelf verloochend, weggeeft en dus geweld aandoet, wanneer je
weer door OT bent overgenomen. Je hebt dit altijd verkeerd benoemd.
Je geeft misschien
wel eens toe, naar anderen, dat je zogezegd in je kop of in je mind bleef
zitten, maar dat is niet correct, wat betreft je omgang met taal. Er vindt iets
heel anders plaats, dan je gebruikelijke beschrijvingen. Wat is het, als je
zegt en hoort, dat je iets denkt? Je zegt het, je hoort het, maar er is helemaal
niet zoiets als het denken. Wat is het, als je schrijft, wat je zogenaamd
denkt? Je schrijft het en je kunt het schrijven, omdat denken helemaal niet
eens bestaat. Iemand met BT heeft nooit een schrijf blokkade. Het enige bewijs –
dat natuurlijk helemaal geen bewijs is – dat jou zogenaamde denken echt zou
bestaan, is dat jij het zegt of schrijft, zodat het kan worden gehoord of
gelezen. Als dat uiteindelijk ooit het geval mocht zijn, dat jij bent gaan
zeggen, wat alleen jij kon zeggen en bent gaan schrijven, wat alleen jij kon
schrijven – aan jezelf – dan weet je, dat jou omgang met taal is veranderd en
omonstotelijk heeft helder gemaakt, dat dat denken of het hebben van een mind
niet bestaat. Met andere woorden: er is dus ook helemaal niet zoiets, als het
vinden of het gaan van je eigen weg. We gaan allemaal precies dezelfde weg,
want we gaan allemaal een keer gewoon dood.
BT is dus het
besef van vergankelijkheid uitgedrukt in taal. Wij kunnen ons eenvoudigweg niet
afkeren van de dood, aangezien wij met onze taal de dood zijn gaan erkennen en
zijn gaan beschouwen als iets dat tijdens onze communicatie gebeurd. Wij lossen
dus werkelijk op tijdens BT. Het is niet treurig, maar heel opwekkend en openbarend, want wij stellen
ons leven niet langer meer uit, vanwege onze angst voor de dood, die is
opgeheven in BT. We gaan met onze BT niet alleen zeggen, wat wij kunnen en
willen zeggen, maar wij gaan ook echt alles doen, wat wij kunnen en willen
doen. Het is dus absoluut onvoorstelbaar,
dat iemand met BT, niet zou willen praten met iemand anders, die ook BT heeft,
omdat zij beiden weten, dat zij de enigen zijn die dit doen. Dit geeft een
uitverkoren gevoel, dat eindeloos blijft voortduren en wordt behouden, omdat
wij trouw blijven aan BT, het met elkaar blijven delen en het daardoor ook aan
anderen kenbaar kunnen maken.
No comments:
Post a Comment