Wednesday, December 6, 2023

 

Middelmatig,

 

Het risico van het niet lachen is ofwel hoog, laag of middelmatig. Volgens mij is het heel hoog, maar volgens de meeste mensen, is het tamelijk laag. Omdat ik Belichaamde Taal (BT) heb, schat ik het algemeen heersende onvermogen tot lachen in als een groot probleem, maar aangezien iedereen zich schijnbaar alleen maar wil bezighouden met saaie,  zeikerige, tergende Ontlichaamde Taal (OT), mist men, over het algemeen gesproken, het lachen niet of nauwelijks. Het middelmatig gevaar, van het niet kunnen of willen lachen, is echter zwaar onderschat.

 

Wie vraagt zich nog af: valt er nog wat te lachen? Ik weet zeker, dat alleen iemand, die werkelijke kennis heeft of die in ieder geval een vermoeden heeft van BT, in staat is om deze belangrijke vraag bevestigend te beantwoorden. Voor iemand zoals ik, valt er van alles te lachen, maar het lachen is iedereen vergaan, die gewoontegetrouw met OT blijft doorzaniken. Ja, hoe komt dat nou toch? Met OT blijft onwillekeurig iedereen te serieus bezig met mensen, die, zoals zij zelf, in pure onzin geloven. Je mag dit niet zeggen, laat me niet lachen, omdat dit religieuze kwetsbare gemoederen doet opschudden, maar ieder geloof is natuurlijk net zo belachelijk, als ieder ander geloof.

 

Lachen is natuurlijk geen geloof. Je lacht niet, omdat je in de humorist gelooft of omdat je gelooft dat iets grappig is. Waarom lach je dan wel? Omdat het echt leuk is. Ja, maar wanneer is iets dan echt leuk? Iets is echt leuk, omdat je meteen en moeiteloos moet lachen. Het directe gevolg van iets leuks is, dat je lacht, omdat een andere reactie eigenlijk onmogelijk is. Ofschoon je dus moet lachen, gebeurd het geheel vanzelf en is er dus van moeten lachen geen enkele sprake. Als je niet meteen die blije reactie voelt, dan weet je, dat het niet leuk was, maar, soms, bij een vrij zeldzame vorm van humor, gaat er enige tijd overheen, waarna je ineens moet lachen, vanwege het boomerang-effect, dat je onverwachts overvalt.  

 

Er is uiteraard ook het wachten op het effect van iets grappigs, waar de meeste mensen helaas te ongeduldig voor zijn. Het staat echter niet vast of dit effect zich zal gaan voordoen, maar als het gebeurd,  heeft dit een lachversterkend effect. Het uitblijven van dit effect, toont aan dat er niets te lachen viel. Als je dus na een tijdje nog steeds niet hebt kunnen lachen, dan doe je de lachkennis op, dat het effect schijnbaar niet voldoende was en dat er eigenlijk een schepje bovenop moet worden gedaan, om aan het lachen te raken. Soms is een klein extra schepje al voldoende, maar andere keren is het een kwestie van flink opscheppen en het er dik bovenop leggen.

 

Het dichtgooien van een graf vergt energie. Daar is niets aan te lachen of te janken en dat rouwen, over wie er is doodgegaan, dat moet maar even wachten, totdat de kist is bedekt met aarde. Aldus bereiden wij onszelf grondig voor, om ons naderhand dood te kunnen lachen. We lachen er dus lekker op los. We blijven er zogezegd in en ook al is het misschien wel met onze laatste adem, het begint eindelijk ergens op te lijken, want wie het laatst lacht, lacht immers het beste. We gedragen ons ineens niet meer zo stijf en we laten horen, dat er toch nog wat leven in ons zat, omdat iemand anders de pijp uitging en ons liet weten, dat wij, om de dooie dood niet hoeven te wachten, totdat wij aan de beurt zijn om te sterven.

 

We zingen ook ineens een toontje hoger, in plaats van een toontje lager en we geven ons over aan een groter, ruimer en luider geluid, dat het lachen ten goede komt. Er bestaat grote verwarring over wat het lachen bevordert en wat het lachen tegenhoudt. We lachen zo weinig, omdat we doen dat iets leuk is, wat eigenlijk niet leuk is en we houden onszelf en elkaar tegen, om te lachen als het eigenlijk helemaal van de gekke is. Een stuip krijgen van het lachen, is iets waar we beschaamd over zijn, want stel je eens voor, dat anderen ons een aap zien lachen? Dat zou een afgang zijn voor onze reputatie, die gebaseerd is op humorloosheid. Deze kwalijke houding is zeer ondermijnend en het is van groot belang, dat alle aandacht eens eindelijk daadwerkelijk mag gaan naar het enorme ongemak, wat wij voelen, over het lachen zelf, omdat wij het niet meer gewend zijn.  

              

Om te kijken of iets echt leuk is, moet je het eerst zeggen of schrijven, zodat je ernaar kan luisteren of kan lezen en dan kan je ervaren of je lacht of niet. Als het lachbaar is, dan wil je het nog eens herhalen of nog eens uitvoeriger beschrijven en kijken of het nog meer lachen opwekt, maar als het niet lachbaar is, kun je beter van onderwerp veranderen, want dan werkt herhalen absoluut niet. Onvoorstelbaar, hoe vaak niet leuke dingen, toch nog weer worden herhaald, alsof ze leuk zouden zijn, terwijl iedereen wel degelijk donders goed weet, dat het helemaal niet leuk is. We doen allemaal toch maar mee met die onzin en er is eigenlijk bijna nooit eens iemand, die eerlijk zegt: wacht nou eens even, wat jij daar zegt, is helemaal niet leuk, dus waarom zit iedereen hier daar nu zo meesmuilend om te lachen? Wat is dit voor een waanzin? Het moet eindelijk maar eens ophouden en afgelopen zijn met die nep-humor, die ons opzadelt met een gevoel van verplicht lachen.

 

Als je echt gaat lachen, dan ga je helemaal door het lint, maar met onecht lachen, zit je altijd maar een beetje halfbakken te gniffelen. De doorsnee lach is te fatsoenlijk en middelmatig, om van betekenis te zijn. Angst voor uitersten, ontneemt ons het lachen.  Er is daarom grote noodzaak aan een beoordelings commissie, die bepaalt, dat het ontoelaatbaar is, dat er gelachen wordt, om zaken die niet leuk zijn. De persoon, die buiten het conflict staat, maar die profiteert van de uitkomst – als lachende derde –  die kan zijn lol wel op, als hij of zij beseft, dat zijn of haar humor vals bleek te zijn. Alleen echt lachen, is het beste medicijn, maar lachen zonder echt blij te zijn, is lachen als een boer met kiespijn. Het is van algemeen belang, dat er een duidelijke definiering gaat komen, van alles was niet leuk is, zodat wij het, zonder enige moeite, kunnen onderscheiden van wat wel leuk is. Wij zijn zoveel leuks misgelopen, omdat we, zonder het te weten, bezig zijn gebleven met het eten van droge koek. Het was dus niet het lachen, waarvan wij buikpijn kregen. Deze nare situatie verdient vanaf heden de hoogste prioriteit, want het is zo lang geleden, dat wij echt de slappe lach hebben gehad, dat wij niet eens meer kunnen herinneren, dat dit ooit heeft plaatsgevonden.

 

Ons gemiddelde aantal lachwekkende momenten per jaar is slechts een of twee keer. Dit is beneden pijl en onacceptabel. Het ziet er niet naar uit, dat hierin op korte termijn verandering gaat komen, aangezien niemand zich wil inzetten, om zich een  ongeluk of een deuk te lachen. Ik ben niet alleen bereid, maar vanwege mijn BT, ook kundig, in het bewerkstelligen van een lach toename. Ik neem deze, mij op het lijf geschreven, taak graag op me, omdat ik het vermogen heb om het tij – waarin het huilen ons nader staat dan het lachen – te keren.  

Ik ben me er terdege van bewust, dat vele anderen het al hebben geprobeerd, maar er niet in zijn geslaagd en laat me daardoor niet uit het veld slaan. Integendeel, ik ben vol goede moed en heb mijzelf als doel gesteld, om het jaarlijkse lachgemiddelde met een punt te verhogen. Het is niet veel, maar het verschil zal voor iedereen meteen merkbaar zijn, aangezien ik dit ene punt in verbinding zal brengen met die andere twee momenten van goedlachsheid. Er zal dus, vanwege de aaneenschakeling van drie lachwekkende momenten, een versnelling ontstaan. Uit dit bescheiden domino effect zullen ongebruikte uitvorm geraakte lachspieren worden geactiveerd, op een wijze, die nog niet eerder is geprobeerd. Dit lachspier activatie effect zal van doorslaggevende aard zijn, in het opwekken van wat lacherigheid, die door iedereen zal worden gewaardeerd, omdat ons middelmatig verlangen om te lachen wordt vervuld.             

No comments:

Post a Comment