WijsTaal,
Eigenlijk
heb ik niets te zeggen. Ik kan natuurlijk altijd wel wat woorden produceren, maar
er is op dit moment niets dat ik dringend wil uiten. Dat heb ik al gedaan. Ik
heb gesproken met grote passie, met grote spanning, met grote vastberadenheid, met
grote ambitie, met grote wanhoop, maar ook met grote vreugde en groot succes.
Ik ben blij om nu te beseffen, dat ik dat niet meer doe of hoef te doen.
Ik
hou er niet eens van om in het middelpunt van de publieke belangstelling te
staan, omdat mensen over het algemeen ongevoelig en respectloos naar mij zijn en niet in staat zijn, om te weten
wie ik ben. Het is een feit in mijn leven, waar ik eindelijk mee in het reine
ben gekomen. Mensen zijn eenvoudigweg niet geïnteresseerd in wat ik kan
verwoorden over mijn Belichaamde Taal (BT). Ik heb echt alle hoop opgegeven, dat
dit ooit nog zal veranderen. Het geeft me rust, om geen BT meer met anderen te
willen.
Begrijp
me niet verkeerd, ik zou heel graag BT met je willen hebben, maar ik wil voor niemand
meer moeite doen. Ja, ik kan dit zeggen, want ik heb dat natuurlijk wel eerst
gedaan, ik weet maar al te goed hoe dat is en ik wil dat niet meer. Ik ben zo
blij, dat nu mijn betrokkenheid bij anderen achter me ligt, want het heeft me
nooit goed gedaan. Het maakt me gelukkig, om de baas te zijn over mijn eigen
taal, om mijn eigen realiteit te creëren en om tevreden te zijn, om te leven, zoals
ik dat doe, vanuit mijn BT.
Iedere dag, elk moment, wordt mijn leven
beter, omdat woorden steeds minder
belangrijk voor me zijn. Ik hou van
mijn nieuwe formulering van wat
ik eerder Ontlichaamde Taal (OT) noemde.
OT werd NooiTaal en EL werd NuTaal.
Ik wil ook dat ouwe afgezaagde woord
Taal Verlichting (TV) vervangen met
WijsTaal, omdat het ons woorden van
wijsheid doet spreken. Is het niet
interessant, dat behalve een paar
oprechte, open, moedige en
humoristische mensen er helemaal
niemand is, die iets te maken wil
hebben met iemand zoals ik, wiens
NuTaal zo jubelent en onverschrokken
zijn WijsTaal viert?
Het
is absurd, hilarisch en flagrant, dat iedereen zich onbewust is, van wat juist en
goed is en daarom maar blijft aandringen op het hebben van NooiTaal. Natuurlijk zeggen we allemaal eigenlijk helemaal
niets, zo lang we maar blijven doen alsof we iets zeggen. Alleen iemand zoals
ik kan zijn vinger op de zere wond leggen en precies aangeven waar het in de
zogenaamde Babylonische spraak-verwarring om gaat. Ik heb geen blijde tijding
voor domme, fanatieke, arrogante NooiTaal-aanhangers. Ze richten zichzelf ten gronde,
want er is voor hen geen enkele andere redding mogelijk, dan de meedogenloze,
onvermijdelijke, noodzakelijke bekering tot NuTaal.
Het
mooie van wat gewoonlijk wordt omschreven als ons unieke zelf, onze ware aard
of wat ik nu mijn WijsTaal noem, is dat
de vreselijke last van onze tragische conditionering’s geschiedenis smelt als
sneeuw voor de zon. Ja, onze NuTaal stroomt als een heldere sprankelende beek en
de frisheid is heerlijk verkwikkend. WijsTaal wordt altijd gesproken en
geschreven met majestueuze grootsheid, liefdevolle waarachtigheid en moeiteloze
aandacht.
Als
kind was ik dol op vliegeren. We besteedden vele uren met het maken van onze
vliegers en met het oplaten en in de lucht houden van onze vliegers. De mijne
was altijd blauw, net als de lucht. Ik hield ook van deze kleine houten
modelvliegtuigjes, die in de lucht worden gegooid en zo gracieus neerdalen. Vandaag werd ik hieraan herinnerd, toen ik
drie adelaars zag cirkelen, in de gedeeltelijk bewolkte lucht. Ik was zo’n
geweldig gezicht, om die vogels door de lucht te zien glijden. Ik zat ineens weer
naar mijn oude vliegers en vliegtuigjes te kijken, maar dan zonder de romp-slomp.
Er was een tragedie gebeurd. Mijn lijn was gebroken of helemaal in de knoop
geraakt. Mijn vlieger was ver weg gewaaid en in een boom beland of op het dak
van een huis en mijn vliegtuigje vloog achter een onneembaar hoog hek met
prikkeldraad of het brak aan stukken.
Mijn
NuTaal eert deze ontzagwekkende adelaars en mijn WijsWoord deelt met hen de open ruimte,
die onze realiteit is. Onze NuTaal is niet een oud-bollige, poëtische,
idealistische, spirituele illusie, maar iets dat alleen door ons kan worden
gewaardeerd, door trouw te blijven aan onszelf en door te erkennen, dat ons WijsWoord
altijd heeft gewacht, om door ons te worden uitgesproken, neergeschreven, om te
worden gehoord, begrepen en gelezen. En, als je deze woorden hardop aan jezelf
voorleest, dan weet je, dan voel je, dan spreek je en dan hoor je jou NuTaal en
dan besef je, dat ook jij heel wat WijsTaal te schrijven hebt. Dit is niet
zoals het mijmerend schrijven in een dagboek, want al je aandacht gaat nu naar
je eigen taal, in plaats van naar je negatieve ervaringen, die je afleiden van je
NuTaal, naar het alomtegenwoordige NooiTaal-slachtofferschap.
Met
NooiTaal ga je, onwillekeurig, maar door, om verbaal over van alles en nog wat te
emmeren, maar je belichaamt nooit je eigen taal. De enige manier om dat echt te
doen, is, paradoxaal genoeg, door net zo boos, net zo verward, net zo gefrustreerd,
net zo verloren, net zo depressief, net zo ziek, net zo vastgelopen, net zo gewelddadig,
net zo vulgair en net zo onnatuurlijk te zijn als dat je werkelijk bent. Het is
pijnlijk, maar je NooiTaal laat je geen andere keuze, dan te lijden en nog meer
lijden te creëren, totdat je eindelijk letterlijk zegt en dus kunt horen:
genoeg is genoeg. Tenzij je het jezelf hoort zeggen, stopt je NooiTaal nooit. Dat
is de onontkoombare realiteit, van hoe jou taal al het andere in je leven blijft
bepalen. Ik heb dit niet verzonnen. Ik begon met zeggen, dat ik niets te zeggen
had en toen zei ik dit, omdat mijn NuTaal altijd mijn WijsTaal onthuld.
No comments:
Post a Comment